Vaak gaat het tegenwoordig over de persoonlijke geschiedenis van de kunstenaar. Niks mis mee, het kan een interessant licht werpen op het werk, maar gaandeweg is de aandacht voor het leven van de kunstenaar steeds dominanter geworden in hoe we kijken naar en praten en schrijven over kunst.
Er wordt zoveel waarde aan gehecht dat het soms een voorwaarde lijkt voor het begrijpen van het werk.
Inmiddels zijn we zo gewend geraakt aan die persoonlijke insteek dat we vergeten hoe nieuw die focus eigenlijk is waarbij publicaties, de biografie en de context als materiaal gebruikt worden in dienst van kunst.
En soms bepalen ze zelfs de waardering voor het werk. Maar het is slechts één perspectief. Één van meerdere mogelijkheden om naar kunst te kijken en die op waarde te schatten.
Voorbeeld: Artemesia Gentileschi, van wie te lezen is dat ze is verkracht. Een feit dat vaak wordt aangehaald over haar werk. Kijk naar haar personages en je ziet daarin de eigen woede over het onrecht wat haar is aangedaan, is het idee.
Denk hierbij ook aan de serie over Frida Kahlo en hoe Jeroen Krabbé in populariserende zin over haar spreekt.
Een misleidende tendens tegenwoordig om het ondergane leed van de kunstenaar te koppelen aan het werk van een kunstenaar.
Maar: Zadkine's 'Verwoeste stad' en 'Guernica' van Picasso vragen niet om achtergrondliggende informatie. Het hier tentoongestelde leed spreekt wat vorm en inhoud betreft voor zich.
In dit verband noem ik ook het werk van de schilders van de "Leipziger Schule" en de "Neue Wilde", Duitse expressionisten uit de laatste jaren van de 20 eeuw.
In heftige schilderwerken waarbij de boodschap de vorm overschreeuwt, koketteren ze met respectievelijk het DDR-verleden en de in die tijd vernieuwende popcultuur.
Het is volkomen normaal geworden om zo te kijken en dit bij beschouwing te betrekken.
MAAR ALS JE NIET OPLET, VERGEET JE DAT JE KIJKT NAAR KUNST.
NAAR IETS WAT GEMAAKT IS DOOR IEMAND DIE BEPAALDE TECHNIEKEN BEHEERST.
DIE DE CREATIVITEIT BEZIT OM VORM TE GEVEN AAN LITERAIRE VERHALEN, FANTASIEËN, EMOTIES EN JA: OOK IDENTITEIT.
ALS JE NIET OPLET, VERGEET JE DAT HET DE VÓRM IS WAARDOOR IETS ÜBERHAUPT EEN KUNSTWERK WORDT.
ALS DE NADRUK MEER EN MEER LIGT OP DE VRAAG ‘WAAR GAAT HET OVER’ DAN OP DE VRAAG ‘WAT IS HET’, DAN EBT DE VORM LANGZAAM WEG UIT ONZE KIJKERVARING EN DAARMEE BEWIJZEN WE KUNSTENAARS EN PUBLIEK GEEN DIENST.
Bij het werk van een kunstenaar als Käthe Kollwitz, waarin je verdomd ingewikkelde combinaties van drukwerk ziet, zie je een enorme kundigheid.(vergelijk het met een profvoetballer die ook nog eens kan tennissen op topniveau). Het verhaal over haar doet er veel minder toe, noch is haar persoonlijkheid hier van belang.
Wie tijd neemt het werk tot zich te nemen, gaat vanzelf de balans tussen inhoud en vakkundigheid zien en hoe de vorm de inhoud draagt.
Wie de vorm niet op waarde schat, ziet eigenlijk amper slechts de helft.
Na jaren van eerst de 'persoonsuitleg’ over kunst, hebben we het nodig dat er vaker gepraat wordt over de originaliteit, de materiaalbeheersing, de techniek, de kleur en de vorm-onmisbare zaken als je het wilt hebben over de kwaliteit van een kunstwerk.
Laten we het hebben over hoe ze gemaakt zijn; óók de kunstwerken die gaan over racisme of trauma.
Veel mensen hebben thuis of op school helaas niet(s) geleerd over vaardigheden die kunstenaars moeten hebben, ze hebben geen materiaalkennis en weten niets van het maakproces van kunst.
Het ontbreekt ons vaak aan de woorden om kunst en de kundigheid daarachter te bespreken, met als gevolg dat de praktische kant mensen minder interesseert. En dat maakt het makkelijker om van de eerder genoemde feitelijkheden uit te gaan.
Zo ebt de vormwaardering weg uit de kunstbeleving. Het betekent dat een heel wezenlijk deel te weinig opgemerkt wordt. Het is van groot belang ons daarvan te bevrijden. Om te beginnen met ageren tegen kortzichtige bezuinigingen van politici op cultuur en een lans te breken voor volwaardig cultuurbeleid en kunstonderwijs.
OPVOEDEN TOT KUNST VERHEFT EEN VOLK EN WIE KAN DAAR IETS OP TEGEN HEBBEN?