MaasBuren ging op onderzoek uit!
Als buurtverbinders van MaasBuren horen we vaak dat mensen goede ideeën hebben voor hun buurt. Maar hoe dien je zo’n idee in bij de gemeente? Wat gebeurt er daarna? En werkt dat hetzelfde voor kleine en grote plannen?
Om daar duidelijkheid over te krijgen, spraken we met Annemie Otten, communicatieadviseur bij de gemeente. We wilden weten hoe de gemeente met initiatieven omgaat en welke stappen je moet volgen.
Het gaat om de impact van je idee
Bij het indienen van een initiatief gaat het om de impact van je idee. Niet de grootte van het project is bepalend, maar in hoeverre het afwijkt van de regels die voor die plek gelden. Voor de hele gemeente geldt een omgevingsplan. hierin staan spelregels die bepalen waar je mag bouwen en waarvoor je een plek of gebouw mag gebruiken. Bijvoorbeeld: mag je ergens een huis bouwen, een winkel beginnen of een speeltuintje maken? Als je een idee hebt voor iets nieuws, wordt gekeken of het past binnen die regels. Als het afwijkt, wordt bekeken of het initiatief toch mogelijk kan worden.Als dat zo is, moet er een aparte procedure volgen. Welke stappen je dan moet doorlopen is afhankelijk van hoe eenvoudig of ingewikkeld de gewenste invulling is.
Voorbeeld van een eenvoudig proces:
Huis bouwen binnen het bestemmingsplan (of nu: omgevingsplan)
Als het huis past binnen de regels van het omgevingsplan (zoals bouwhoogte, gebruik, en milieuregels), dan is meestal alleen een omgevingsvergunning nodig. De gemeente controleert of de tekeningen en andere zaken die je moet aanleveren in de vergunningaanvraag aan alle regels voldoet en verleent (als dat zo is) de vergunning.
Dit proces kan relatief snel en is voorspelbaar.
Voorbeeld van een ingewikkeld proces:
Een of meerdere woningen op agrarische grond in de buurt van een bosgebied. Een stuk grond dat gebruikt wordt voor het verbouwen van planten of voor het grazen van dieren is niet bedoeld voor woningbouw. Daar mag niet worden gebouwd en daarmee wijkt de wens dus af van het omgevingsplan.
Ook hierbij vraag je of de gemeente wil meewerken aan het realiseren van de woningen op de locatie. Als dat zo is, moeten er veel onderzoeken worden gedaan zodat duidelijk is dat de woningen geen problemen voor de omgeving oplevert. Daarbij wordt gekeken naar mensen, bedrijven en natuur. Vervolgens moet voor dat deel een nieuw omgevingsplan worden opgesteld. Dat plan doorloopt een door wet aangegeven procedure, waarbij de gemeenteraad uiteindelijk het plan kan vaststellen. Daarna kan pas een vergunning worden gevraagd en door de gemeente worden verleend.
Omwonenden en andere belanghebbenden kunnen aangeven dat zij bezwaren tegen het plan en later de vergunning hebben. Dat maakt het proces langer duurt en complexeris. Soms moet ook bij de provincie of zelfs het Rijk voor het plan of de vergunning toestemming worden gevraagd.
Kort gezegd:
-Huis binnen plan → eenvoudig, snel proces.
-Eén of meer huizen op agrarische grond → langdurig, veel onderzoeken en bezwaarprocedures.
Hoe werkt het als je een eenvoudig plan hebt?
Wil je bijvoorbeeld een speeltuin aanleggen, een garage bouwen of een stukje groen onderhouden? Dan doorloop je deze stappen:
1. Eerst even checken:
Kijk of je idee mag volgens de regels. Dit kan online via Regels op de kaart van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (www.omgevingswet.overheid.nl) of door contact op te nemen met de gemeente.
2. Plan maken:
Werk je idee verder uit. Denk na over wat je precies wilt doen en hoe je dat gaat regelen.
3. Vergunning aanvragen (als dat nodig is):
Soms heb je een vergunning nodig. Die vraag je aan via het Regels op de kaart van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (www.omgevingswet.overheid.nl). De gemeente bekijkt of je plan volgens de regels kan.
4. Buren en andere mensen betrekken:
Voor sommige plannen moet je buren of andere betrokkenen informeren of hun mening vragen. Dit hangt af van hoe groot de impact is.
5. Besluit en publicatie:
De gemeente verleent of weigert de vergunning. Deze beslissing wordt gepubliceerd en andere mensen krijgen de kans om de vergunning in te zien. Zij kunnen ook bezwaar maken. Als de vergunning verleend is en er geen bezwaren zijn, kun je aan de slag.
6. Kosten betalen:
De gemeente vraagt vaak een vergoeding voor de beoordeling van je aanvraag. Dit noemen ze ‘leges’.
Hoe werkt het bij een ingewikkeld project?
Grotere plannen, zoals een nieuw appartementencomplex of een herinrichting van een wijk, vragen meer tijd en overleg. Dit gaat zo:
1. Eerste gesprek met de gemeente:
Een initiatiefnemer bespreekt het idee met de gemeente. Samen kijken ze of het kan en wat de regels zijn. Als het plan niet past binnen de regels voor die locatie, kun je het college verzoeken om medewerking te verlenen.
2. Plan uitwerken en overleg met buurtbewoners:
Als het college in principe medewerking verleend, kan het plan verder uitgewerkt worden. Bij grote en/of complexe plannen moeten omwonenden en andere betrokkenen meepraten. Hoe dit precies gebeurt is aan de initiatiefnemer.
3. Ter inzage legging:
Als de plannen helemaal af zijn, worden ze ter inzage gelegd. Inwoners en andere organisaties kunnen erop reageren door een zienswijze in te dienen
4. Aanpassingen en vaststelling:
Soms wordt het plan aangepast op basis van reacties. Daarna stelt de gemeenteraad het plan vast.
5. Vergunning en uitvoering:
Als het plan is vastgesteld en niemand is naar de rechter gegaan, gelden er nieuwe regels. Om echt te beginnen met bouwen, moet er eerst nog een vergunning aangevraagd worden die getoetst wordt aan de nieuwe regels. Als deze verleend is en er geen bezwaren zijn,kan de bouw beginnen.
Samengevat: ieder idee vraagt een eigen aanpak
Wil je iets veranderen in je buurt? Dan begint het altijd met checken of het mag, een goed plan maken en contact opnemen met de gemeente. Bij grote projecten is er meer overleg nodig met buurtbewoners en duurt het proces langer.
Via de vergunningscheck, kun je zien of een vergunning nodig hebt. En heb je dan toch nog vragen, dan kun je altijd even mailen naar de gemeente via