Hoe zit het met onze woningen?
Laten we beginnen met de totale woningvoorraad. Begin 2023 waren er in onze gemeente 3.678 woningen. Vergelijken we dat met 2012 dan zijn dat er 203 oftewel 6 procent meer. Afbeelding 1 laat de ontwikkeling in de tijd zien. Van deze woningen is 75 procent een koopwoning, 16 procent van een woningcorporatie en 9 procent van overige verhuurders. Die percentages zijn sinds 2012 niet veel veranderd, maar als we per categorie het uitdrukken in een percentage ten opzichte van dat jaar dan is de groei van de koopwoningen 8 procent, is het aantal huurwoningen van de woningcorporatie met 2 procent gezakt en dat van de overige verhuurders zelfs met 23 procent gestegen.
Nieuwbouw
Die stijging in aantallen komt uiteraard door nieuwbouw. Afbeelding 2 laat het verloop daarvan zien sinds 2012. Piekjaar is 2023, maar die aantallen zijn nog niet opgenomen in de aantallen die hierboven vermeld zijn en in afbeelding 1 staan. Want die gelden pas per 1 januari 2024. Afgelopen jaar zijn er 82 nieuwe woningen opgeleverd. Een ander productief jaar was 2017 met 56 nieuwe woningen. Het absolute dieptepunt vormt 2022 met 0 nieuwe woningen.
Gemiddelde WOZ-waarde
Afgelopen week hebben de eigenaren van woningen weer de aanslag in het kader van de onroerendezaakbelasting in de bus gekregen. Die aanslag is gebaseerd op de WOZ-waarde.
In afbeelding 3 staat de ontwikkeling van de WOZ-waarde weergegeven voor de periode vanaf 1997. Duidelijk wordt dat sinds die tijd de waarde van woningen fors is gestegen. In 1997 was de gemiddelde WOZ-waarde € 118.000 en in 2023 is dat € 423.000, 3,6 keer zoveel. Vergelijken we dat met de waarden in heel Nederland dan is de gemiddelde WOZ-waarde in onze gemeente relatief hoog – gemiddeld in Nederland in 1997 € 79.000 – maar de ontwikkeling loopt vrijwel parallel.
Gemiddelde verkoopprijs woningen
De ontwikkeling van de WOZ-waarde wordt beïnvloed door de verkoopprijs van de woningen. Ging in 1997 in onze gemeente een woning gemiddeld nog voor € 122.668 van de hand, in 2023 moest daarvoor € 456.031 op tafel worden gelegd. Voor heel Nederland is de trend hetzelfde. Een deel van het verschil zou kunnen komen doordat in 1997 meer goedkope, kleinere woningen werden verkocht, maar het grootste deel kan vrijwel zeker verklaard worden doordat alle woningen fors in prijs zijn gestegen. Daar heb je geen last van als eigenaar zolang je blijft wonen waar je woont, en heb je voordeel als je wilt verkopen en niets terug wilt kopen. Als je voor het eerst een woning wilt kopen, ligt het heel anders. Zie afbeelding 4.
Leeftijd woningbestand
Het woningbestand in onze gemeente is zeer jong, zo laat afbeelding 5 zien. Er is maar 1 woning gebouwd voor 1850. Zo’n 25 zijn 1850 en 1905 gebouwd, 41 tussen 1905 en 1925 en 98 tussen 1925 en 1945. Al met al betekent het dat 95 procent van onze woningen dateert van na 1945. Kijken we vanaf 1965, dan is 78 procent vanaf dat jaar tot stand gekomen. Zou het niet een goede zaak zijn om te kijken welke woningen gelet op leeftijd en bouwwijze in aanmerking komen om als monument beschouwd te worden en dus op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst kunnen worden?
Woonoppervlak
De woningen die we hebben, zijn gemiddeld genomen groter dan die in heel Nederland. Zo laat afbeelding 6 zien. Dat geldt voor alle bouwperiodes. In de loop der tijd is het gemiddelde woonoppervlak in onze gemeente wel fors verminderd. De gemiddelde woning gebouwd tussen 1905 en 1925 had nog een woonoppervlak van 258 m2. Na 2015 moeten we het doen met gemiddeld 138 m2.
Bron: CBS